Ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van W F Hermans aandacht voor zijn meest raadselachtige boek “De God Denkbaar Denkbaar de God”, gepubliceerd in 1956. Vier maanden voor Hermans dood, op 29 december 1994, las hij het boek integraal voor bij de VPRO en interviewde radioman Wim Noordhoek de schrijver. “Ik zou geen andere romans van mij willen voorlezen, ook niet gedeeltelijk, want die boeken lenen zich niet voor voordracht, dit boek wel”, aldus Hermans. Criticus Pieter Steinz gaf Hermans hierin gelijk en recenseerde de voorlezing: ‘Vanaf het eerste begin spettert niet alleen het uitzinnige proza van de voordracht af, maar ook het voorleesplezier van de schrijver”. (aldus Steinz in NRC Handelsblad, in ‘De dino komt tot leven’, 9/2/2005)
Zelf vergeleek Hermans het boek met een tekenfilm. De God Denkbaar drijft op stijl, op 'de betovering van het zinsritme'.
Hij noemde het een poëtisch boek, misschien ook een godsdienstig boek: 'Het gaat over een God Denkbaar. Een god kan Denkbaar zijn... maar denkbaar, wat is niet allemaal denkbaar? Alles is denkbaar.'