Han de Vries schildert met dezelfde toewijding en nauwkeurigheid als waarmee hij hobo speelde. Naarmate de film vordert ontdekken we de donkere kanten in de persoonlijkheid van De Vries: achter de levensgenieter en de beroemde topmusicus schuilt iemand die worstelt met de zaken die hem gevormd hebben. Waarom heeft De Vries de behoefte en dat ook aan de wereld te tonen?
Hij zegt over eerste levensjaren waarin hij ondergedoken zat en zijn naoorlogse opvoeding door ouders die voornamelijk met hun eigen sores bezig waren : "Ik speel componisten van een grote harmonie, en van een grote schoonheid, en daar past deze rampenwereld helemaal niet in. Maar als, je, zoals nu het geval is, niet meer optreedt en de tijd hebt om even over je schouder te kijken en ook de behoefte hebt om expressief te blijven dan is dit toch wel een goudmijn. Die ellende is een goudmijn".
Regisseur: Hans Polak