Het Duitsland van mijn moeder
Klassenvijand
Britta komt aan in Saksen-Anhalt, in de voormalige DDR. Haar familie heeft hier de eerste jaren na de oorlog gewoond en is hiervandaan opnieuw gevlucht, ditmaal voor de DDR-dictatuur. In de kleine plaats Jessen is nog steeds de adem voelbaar van de twee dictaturen; er is zo lang over ieders schouder meegekeken dat de mensen er nog steeds voorzichtig zijn. In het hotel vertelt een man dat hij nooit in zijn Stasi-dossiers heeft gekeken, hij wil niet weten welke vrienden hem allemaal verraden hebben: 'Dan heb ik geen leven meer'. In het kleine dorp Freyburg-Unstrut bezoeken we de 'Rotkäppchen Sektkellerei', een fabriek die eens van de familie van de beste vriendin van mijn moeder was, en in de DDR-tijd een 'VEB' (Volkseigener Betrieb) werd. Vicky von Kochenhausen vertelt hoe de adel in dit deel van Duitsland ten onder ging. En wat dat betekende voor de nazaten.