Abel Vos 17 juli 2022
‘Als ik wist wat het allemaal teweeg zou brengen, dan zou ik de film nooit hebben gemaakt.’
In gesprek met regisseur Joris Koptod Nioky
Regisseur Joris Koptod Nioky ziet zijn moeder als een kunstenares die nooit kunstenaar is geworden. Als hij vroeger jarig was, stopte ze al haar creativiteit in het versieren van het huis en de jarige. Tijdens dit interview op het dak van het VPRO-gebouw in Hilversum draagt de regisseur ook een kunstwerk van zijn moeder. Het is een verjaardagskroon, gemaakt van gember. Hij vond ‘m zo mooi, dat hij de kroon dagelijks besloot te dragen. Hij draagt ‘m nu ter ere van haar, al weet hij niet of ze het zelf als een eer beschouwt.
Ontkenningsdrang
Waarom het kroontje van gember is? Joris: ‘Mijn moeder heeft een plek op haar huid, waarvan ze denkt dat het misschien huidkanker kan zijn. Ze gaat niet naar de dokter, ondanks dat veel mensen haar dat aanraden. In plaats daarvan plakt ze met een pleister een vers stukje gember op haar huid. Ik zie dit als een soort ontkenningsdrang. Een overlevingsmechanisme om haar angst te overwinnen. Die ontkenningsdrang komt in verschillende vormen terug in mijn documentaire.’
Neem een ander voorbeeld van ontkenningsdrang in de Makers van Morgen-documentaire ‘Dit ben ik niet.’ In een scène in de film vertelt de moeder van de regisseur dat ze zich veilig voelde bij haar toenmalige man. Hij zou nooit geweld tegen haar gebruiken. Een scène later blijkt dat hij haar bijna dood heeft proberen te rijden. Maar misschien het grootste voorbeeld van ontkenningsdrang komt van de regisseur zelf in deze documentaire. In het begin houdt hij zichzelf voor hoe leuk het kan zijn om een film over zijn familie te maken.
Joris: ‘Ik hield mijzelf lang voor dat ik mijn familie met deze film bij elkaar kon brengen, dat het een vrolijk geheel kon worden. Ik hou veel van mijn familie. Ik had zelfs het idee om een portret te maken van iedereen. Toen ik mijn broers en zussen vroeg om mee te werken aan deze film, barstten sommigen alleen bij deze vraag al in huilen uit. Pas toen begon ik me meer te realiseren dat het gevaarlijk kon zijn om deze film te maken. Als je uit een moeilijk disfunctioneel gezin komt, heb je ontkenning nodig om daarmee om te kunnen gaan. Ik stort mij altijd vrij roekeloos in dingen. Dat is zowel een goede als slechte eigenschap van mij. Als ik wist wat het allemaal teweeg zou brengen, en ook hoe zwaar het voor mijn moeder zou zijn, dan zou ik de film nooit hebben gemaakt. Maar dat wist ik van tevoren echt niet. Keuzes hebben consequenties, en dat moet ik aanvaarden.’
Grondige hermontage
De regisseur komt uit een muzikale familie. Ze maakten vaak muziekcassettes met elkaar, waarin ze elkaar ook moppen vertelden. Joris: ‘De bandjes luisterden we jaarlijks terug en moesten er altijd om lachen. Ik zag mijn film als een voortzetting van die traditie. Daarnaast vond ik mijn moeder een geweldig personage voor een film. Ik vond haar altijd al een interessante, grappige vrouw. Ze is nogal excentriek. Ze trekt zich weinig aan van wat anderen van haar vinden. Ze vindt haar eigen pad, daar heb ik bewondering voor.’
‘Ik vind het jammer dat ik van tevoren heb getekend. Ik weet niet hoe ik verder moet leven. Dit komt nooit meer goed.’ De openingsscène liegt er niet om: de moeder van de regisseur herkent zich totaal niet in de eerste montage van de film. Ze wil de film via een rechtszaak laten verbieden. Ook heeft de regisseur geen contact meer met een deel van zijn familie. Zijn hoop aan het begin van het project, dat deze film zijn familie bij elkaar zou brengen, is jammerlijk mislukt. Waarom stopte hij niet gewoon met het project? Waarom wilde hij de film tóch uitzenden?
Joris: ‘Nu moet ik oppassen, ik wil niet dat ik mijzelf ga verdedigen. Ik probeer feitelijk te vertellen wat er in mijn ogen is gebeurd. Vooraf heb ik mijn moeder veel ruimte gegeven. We hebben uitgebreid gesproken. Voordat ik begon met filmen gaf ik haar twee maanden bedenktijd. Na drie maanden draaien heb ik haar de vraag opnieuw voorgelegd. Wil je verder met het project? We namen samen stap voor stap de quitclaim door, die heeft ze getekend. Bij de tussenmontage bleek dat ze zich er niet in kon vinden. Ik nam haar bezwaar serieus en maakte een grondige hermontage. Mijn moeder was daarna niet bereid om deze versie te bekijken. Ik vind dat je, als je meewerkt aan een documentaire, ook de verantwoordelijkheid hebt om een compromis te vinden. Ik voel wel compassie voor haar. Als je echt het gevoel hebt dat je verkeerd wordt vertegenwoordigd, dan is dat onprettig. Daarom heb ik geprobeerd om de filmmaker niet al te sympathiek voor te stellen in deze film. De kijker moet bij mijn moeder blijven en van haar blijven houden. Volgens mij is dat gelukt.’
Het interview gaat verder onder de afbeelding.