Nederland kent geen vijanden: de laatste oorlog die op ons grondgebied werd uitgevochten ligt driekwart eeuw achter ons. Maar onze vrede wordt bedreigd door De Ander. De Ander die in betere tijden werd gezien als een verrijking van onze samenleving, ontpopt zich steeds meer als De Vijand. Je hoeft de tv maar aan te zetten om hem te zien: De graaiende bankier, de ex-Syriëganger, de BlokkeerFries en de anti-Pietdemonstrant.
De Ander is zo anders dan wij, dat hij eigenlijk nooit een van ons kan worden – omdat hij een vreemde overtuiging heeft, van nature lui, arm of achterbaks is, of gewoon raar. Soms is De Ander zo anders, dat het niet zo erg is als hij massaal op zee verdrinkt of in kampen vegeteert. Voor De Ander gelden andere maatstaven.
Inmiddels zit De Ander ook niet stil. In toenemende mate eist hij op hoge toon erkenning en respect – voor zijn seksuele geaardheid bijvoorbeeld, voor het onrecht dat zijn Andersheid in het verleden is aangedaan, en voor zijn afwijkende vormen en gebruiken. De Ander wil in zijn anders-zijn met rust worden gelaten en zich tegelijkertijd in ons midden kunnen ontplooien. Het lijken onmogelijke eisen. Hoe lang duurt het voordat De Ander zich ontpopt als De Vijand?