‘Heartbound’ vertelt het verhaal van eenzame Deense mannen die trouwen met Thaise vrouwen. Omdat noordelijk Jutland wel 900 Thaise vrouwen telt, werden Janus Metz en Sine Plambech nieuwsgierig naar de vrouwen en het koppel dat ze met hun Deen vormen. Maar hoe zit het nu in Nederland met de Thai?

Hoewel Thai in veel lagere getalen naar Nederland migreren dan naar Scandinavië, is hun aantal sinds 1998 ook hier verdrievoudigd. Ons landje telt dan ook 13.000 Thaise immigranten, meldt het SCP in 2014, waarvan tachtig procent vrouw.
Maar in tegenstelling tot in 'Heartbound' kent Nederland niet zulke Thaise gemeenschappen in kleine plekken. Zweden telt dan ook 40.000 Thaise migranten op een bevolking van 10 miljoen.

Status

De redenen van een Thaise vrouw om met een Nederlandse man te trouwen lopen uiteen, afhankelijk van hun sociale achtergrond; dit schrijft de Thaise Panitee Brown-Suksomboon in haar proefschrift Thai Migrant Women in the Netherlands: Cross-Cultural Marriages and Families (2009) aan de Universiteit van Leiden.

Het noorden en noordoosten van Thailand is een arm gebied, laag- of onopgeleide vrouwen uit die omgeving hebben weinig kans om hogerop te komen in het leven. Thai trouwen voornamelijk binnen hun eigen klasse en de enige andere manier om hogerop te komen is met een goede baan, iets wat buiten het bereik ligt van deze plattelandsvrouwen. Maar als je trouwt met een “rijke” man, afkomstig uit een ontwikkelder land dan Thailand, verhoogt dat de sociaaleconomische status van jou en je familie.

Maar ook hoogopgeleide vrouwen uit hogere klassen trouwen met buitenlanders, een tendens die je zeker de afgelopen jaren meer ziet. Dit komt omdat zij niet onder hun sociale klasse willen trouwen, maar door veel Thaise mannen als te slim en liberaal worden gezien. En de druk op een huwelijk ligt hoog in Thailand, dus als je dertig bent móet je echt settelen. Daarbij werkt het ook statusverhogend om een bestaan in het buitenland op te bouwen.

Dit klinkt allemaal heel pragmatisch en dat is het ook. Liefde of romantiek is in Thailand niet zo belangrijk bij het kiezen van een huwelijkspartner. Dat sluit liefde natuurlijk niet uit, maar het is niet de belangrijkste beweegreden.

Tekst gaat verder onder afb.

Van Thaise vrouwen wordt verwacht dat ze niet alleen haar eigen gezin, maar haar hele familie steunt met geld. Dit concept klinkt Nederlanders bizar in de oren.

Desillusie

Het verschil in welvaart is ontzettend groot tussen Nederland en Thailand. Hierdoor worden alle Europeanen gezien als puissant rijk. Mede doordat de mannen tijdens hun vakantie in Thailand ontzettend vrijgevig zijn, maar ook door de welvaart die wordt getoond in westerse films en reclames. Daarin zie je vaak grote huizen, luxeauto’s en technologische vooruitgang. Eenmaal in Nederland valt dit de vrouwen vaak tegen. 

Thuis moeten de mannen namelijk meer op hun centen letten en doordat hij borg staat voor de verblijfsvergunning en de taal spreekt, is ze afhankelijk van hem. Brown-Suksomboon stelt dat de meeste Thaise vrouwen huishoudgeld krijgen van hun Nederlandse mannen, maar geen gezamenlijke rekening. Onder andere doordat de vrouwen met regelmaat geld willen sturen naar hun familie in Thailand. Dit heeft te maken met een van de grootste verschillen tussen de Nederlandse en Thaise cultuur: van Thaise vrouwen wordt verwacht dat ze niet alleen haar eigen gezin, maar haar hele familie steunt met geld. Dit concept klinkt Nederlanders bizar in de oren; ten eerste vraag je niemand om geld en ten tweede staat het eigen gezin voorop. Veel van de personen die deelnemen aan Brown-Suksomboons studie geven aan dat vaak aanleiding geeft tot ruzie. 

De Thaise vrouwen moeten ook wennen aan het feit dat je in Nederland je voornamelijk bezighoudt met je eigen gezin. In Thailand draag je als hele familie zorg voor elkaar. Kinderen worden door grootmoeders en tantes opgevoed. En als je zwanger raakt, bereiden je moeder en schoonmoeder je voor op wat er komen gaat en steunen ze je als het kind er is. Die banden zijn in Nederland veel minder hecht, waardoor de vrouw soms moeilijk goed contact opbouwt met de schoonfamilie. Dit kan – zeker in het begin, als ze nog geen werk heeft – voor een sociaal isolement zorgen.

Tekst gaat verder onder afb.

Van de vrouwen die laaggeschoold werk hebben, valt een groep (weer) terug op sekswerk als prostitutie, erotische masseuse en werken in een nachtclub.

Sekswerk

De arbeidsparticipatie van Thaise vrouwen ligt in Nederland bijna net zo hoog als die van autochtone vrouwen en in Zweden zelfs hoger. Het is alleen wel zo dat ze voornamelijk laaggeschoolde banen hebben zoals werk in een voedselkraam, fabriek, schoonheidssalon of in de bouw. De meeste werken in de voedsel- of gezondheidsindustrie.
Tegen de verwachting in zijn het vooral de hoogopgeleide vrouwen die slecht aan de bak komen. In Nederland hoopten ze op hetzelfde niveau aan de slag te kunnen, maar hun diploma’s zijn niet altijd geldig en de taalbarrière verkleint de baankansen aanzienlijk. Hoewel ze als serveerster in Nederland meer verdienen dan als ambtenaar in Thailand, schamen ze zich soms wel en verbergen dit voor hun ouders. Van de vrouwen die laaggeschoold werk hebben, valt een groep (weer) terug op sekswerk als prostitutie, erotische masseuse en werken in een nachtclub.

Sekswerkadviseur Anong Boonchuey, zelf ook Thais, deed voor sekshulporganisatie SHOP (Hulp en Opvang Prostitutie en Mensenhandel) onderzoek naar Thaise vrouwen in sekswerk, maar vooral ook naar hun kinderen. ‘Ik had verwacht dat de tweede generatie het beter zou doen, omdat ze meer kansen hebben, maar dat blijkt niet altijd zo te zijn.’ Boonchueys onderzoek is een kleine steekproef. ‘Ik heb het alleen in Den Haag afgenomen, maar ik zou het graag in andere steden doen.’ Gebaseerd op het grote aantal Thaise massagesalons denkt Boonchuey dat de meeste Thai in steden als Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Groningen en Utrecht wonen.

Tekst gaat verder onder afb.

‘We worden gezien als een probleemloze groep, dus wordt er ook weinig voor ons gedaan.’

Tweederangs kinderen

‘Maar ik zie ook dat een aantal dochters hun moeder volgt in het sekswerk. En dit verbaasde mij.’ In haar onderzoek sprak ze met Thaise kinderen die na hun moeder over zijn gekomen naar Nederland. ‘Wat je ziet is dat ze zich vaak tweederangsburger voelen; toen ze nog in Thailand woonden, kregen ze bijvoorbeeld minder liefde, eten en kleding dan een eigen kind van het familielid waar ze werden opgevangen. Als ze vervolgens naar Nederland komen, staan ze weer op de tweede plek; soms omdat de moeder kinderen heeft gekregen met haar Nederlandse man, maar ook omdat ze door de taalbarrière niet goed kunnen communiceren met hun stiefvader en nieuwe klasgenootjes. En vaak worden ze een klas teruggezet omdat de scholing daar niet overeenkomt met die van hier.’ Hoe jonger ze naar Nederland komen, hoe minder last ze hiervan zullen hebben.

De adolescenten worstelen meer. ‘Ze hebben moeite met hun weg vinden in de maatschappij.’ Maar een paar adolescenten uit Boonchueys onderzoek hebben een bachelor of master gehaald. ‘De VMBO’ers gaan vaker de horeca, schoonheids- of massagesalons in. In het laatste geval is de stap naar een erotische massagesalon redelijk snel gemaakt, want het verdient meer.’ Boonchuey vindt dat er veel moet veranderen rondom de Thaise migranten. Door de hoge arbeidsparticipatie en het ondernemerschap onder de migranten blijven ze onder de radar.  ‘We worden gezien als een probleemloze groep, dus wordt er ook weinig voor ons gedaan.’ Vrouwen moeten volgens haar een verblijfsvergunning kunnen krijgen zonder een man, als ze in een slechte relatie zitten. Als ze willen stoppen met sekswerk, moeten ze een lening kunnen krijgen om een eigen bedrijfje te starten. En de kinderen moeten volgens Boonchuey eerder in het reguliere onderwijs terechtkomen in plaats van dat ze in een schakelklas zitten, zodat de kans op inburgering wordt vergroot.

De conclusie van zowel Boonchuey als Brown-Suksomboon is dat, hoewel het loon en de werkomstandigheden relatief gezien beter zijn in Nederland voor Thaise vrouwen en ze hun familie meer steun kunnen geven, de huwelijksmigratie hen niet zoveel hogerop brengt als ze hadden gehoopt.

Bronnen

Voor dit artikel zijn de volgende bronnen geraadpleegd:

  1. Boonchuey, A., & SHOP. (2017). Aways Being the Second: A Situational Analysis Among Thai Youth Who Migrated to The Netherlands. Den Haag, Nederland: Thai Business Links.
  2. Sterckx, L., Dagevos, J., Huijnk, W., Van Lisdonk, J., & SCP. (2014). Huwelijksmigratie in Nederland. Geraadpleegd van SCP.
  3. Brown-Suksomboon, P. (2009). Thai Migrant Women in the Netherlands: Cross-Cultural Marriages and Families. Geraadpleegd van Open Access Universiteit Leiden.
  4. Haandrikman, K., & Webster, N. (2018, april). Thaise migrantenvrouwen in Nederland en Zweden. Demos, 34(4), 1–4. Geraadpleegd van Demos NiDi.