Mina (VO): De maquette is zo’n twee en een half bij anderhalve meter groot, met zo veel kleine details dat je niet zo goed weet waar je als eerste naar moet kijken.
Opzwepende muziek, stemmen wisselen elkaar snel af
Mina (VO): Je ziet een natuurrijke omgeving.
Milena: Het ziet eruit als een camping.
Mina (VO): Met een stuk of honderd gebouwen.
Milena: Het zijn allemaal caravannetjes.
Mina (VO): Met tussendoor paden en
Milena: takjes
Mina (VO): als bomen.
Korte stilte, opzwepende muziek begint weer
Mina (VO): Je ziet de receptie,
Milena: het voetbalveld,
Mina (VO): de school,
Milena: het basketbalveld,
Mina (VO): hekken,
Milena: lantaarnpalen
Mina (VO): en slagbomen. Er zijn geen mensen maar
Milena: in elk caravannetje brandt een lampje.
Weer een korte stilte, opzwepende muziek klinkt zachtjes een tijdje door
Milena: Ja, het is gewoon met liefde gemaakt, dat zie je.
Mina (VO): Samen met Milena Mulders kijk ik naar een foto van deze maquette, waar ze een paar jaar geleden voor het eerst over hoorde.
Milena: Ja, en dan ben je gewoon helemaal gebiologeerd, gefascineerd, van wat, wat is dit? En het is gewoon zo gedetailleerd. En zo dat je denkt van: wow wat wat, hoe, hoe is dit tot stand gekomen? En wie heeft dit in hemelsnaam gemaakt? En waarom?
En je ziet ook dat het is gemaakt met materialen die niet normaal gebruikt worden voor een maquette. Vaak wordt een maquette helemaal perfect gesneden vanuit een bepaald soort materiaal. Maar dit is een soort verzameling van materialen en dat maakt het ook wel heel bijzonder, vind ik. Ik vind het heel poëtisch. Ik vind het ook heel erg ongemakkelijk.
Mina (VO): Want dit sprookjesachtige tafereel is niet een replica van een of ander vakantiepark, maar van een asielzoekerscentrum. Van asielzoekerscentrum Klompjan om precies te zijn, dat vanaf 1991 tot 2012 in Markelo stond.
Milena: Bij een azc heb je bepaalde associaties, dat het vreselijk is, daar wil je niet leven. Een afschuwelijke plek, daar denken we eigenlijk nooit over na, hoe het leven daar dan is. We kijken er gewoon niet naar.
Mina (VO): De maquette dwong haar wel te kijken en stil te staan bij de levens van de duizenden mensen die in de loop der jaren in de caravans hebben gewoond. Dat het ook nog eens een van de bewoners was die deze replica had gemaakt, maakte het voor Milena nog interessanter.
Voor haar raakte de maquette bovendien aan vraagstukken waar ze zich al langer mee bezighoudt: hoe kunnen we de geschiedenis van migranten in Nederland op een tastbare manier vastleggen? Hoe maken we migratie onderdeel van ons cultureel erfgoed?
Milena: Heeft deze maquette ook betekenis en het verhaal van dit azc betekenis in een andere context? Is het ook belangrijk voor anderen die niet in Markelo hebben gewoond of in dit azc hebben geleefd. Maar als het in Amsterdam staat of in Antwerpen of in Italië in een migratiemuseum. Wat roept het in een andere context op? Want dan krijgt een object waarde op verschillende manieren. En dan nou, ja, zou je dan eerder kunnen zeggen dat het erfgoed is? Ja, wat is erfgoed?
Mina: Ja precies, wat is erfgoed?
Milena: Potverdorie. Dat is al zo'n ingewikkelde kwestie. Ik heb nog steeds zo'n oude definitie in m'n hoofd over: erfgoed geeft een samenleving een identiteit, en als die samenleving verandert, dan moet je erfgoed mee veranderen. Dat is m'n simpele antwoord.
Mina: Maar asielzoekerscentra bestaan nog steeds, dus kun je het wel als erfgoed bestempelen?
Milena: Natuurlijk. Vind jij dan dat erfgoed alleen iets is wat in het verleden is?
Mina: Niet per se, maar vaak is erfgoed iets wat het verleden representeert wat je graag mee wil nemen naar het heden. Zo van: we moeten niet vergeten dat we dit hebben gedaan, of dat dit onderdeel was van onze identiteit.
Milena: Dat ben ik met je eens. Dat is het denk ik ook. En voor mij is het heel erg: wat is er nu belangrijk wat we moeten bewaren om de samenleving van nu later beter te kunnen begrijpen? Hoe vaak ben ik niet gevraagd door allerlei culturele instellingen van kun jij nog iets – een Marokkaan vinden die een verhaal wil vertellen? Of met een koffer? Dat wordt altijd gezien als hét object van de arbeidsmigratie. Of kun jij nog monumenten van de arbeidsmigratie terugvinden? Nee, die vinden we niet meer terug, want we zijn gewoon te laat! We zijn ons helemaal niet bewust geweest op het moment zelf dat het belangrijk was. We hebben alles als tijdelijk gezien. Dat gaat wel weer over, dat is geen onderdeel van de samenleving, dus het is niet belangrijk. Wat heeft gebleken, dat is natuurlijk helemaal niet zo. De gastarbeiders zijn gebleven, de samenleving is mede daardoor veranderd en de samenleving is ook mede veranderd door de mensen die als vluchteling hier zijn gekomen en Nederlander zijn geworden.
Zachte, rustige muziek op de achtergrond
Mina (VO): Nou was het zo dat Milena al een tijdje van het bestaan van de maquette wist, zonder dat het iets was waar zij zorg voor droeg. Maar toen ze begin 2020 in een oproepje las…
Milena: Help, de maquette moet weg binnen twee dagen.
Mina (VO): …wist ze meteen: hij kan niet zomaar weggegooid worden.
Ze belde wat mensen, zorgde voor een busje, een mecenas die de vervoerskosten dekte, en ze vond een nieuwe plek waar de maquette tijdelijk kon staan.
Sindsdien ontfermt ze zich over het miniatuur-azc, samen met migratiehistoricus Hanneke Verbeek.
Milena: We zijn wel iets aangegaan. We kunnen nu niet zeggen van: sorry, maar het is niet gelukt. Hier is het object, bekijk het maar. Dat is geen optie.
Mina (VO): Dus onderzoeken Milena en Hanneke waar en hoe de maquette het best tot zijn recht komt, want na de sluiting van azc Markelo tien jaar geleden, heeft de maquette geen vaste verblijfplaats meer gevonden.
Wel spoorden Milena en Hanneke de maker op, Karen Gregazarian. Vlak voordat het asielzoekerscentrum sloot, woonde hij er samen met zijn vrouw en drie kinderen. Zijn eigen caravan, caravan
Karen: 404
Mina (VO): is ergens in het midden van de maquette terug te vinden.
Karen: hier schrijven 404, mijn caravan.
Mina (VO): Vorig jaar zag hij de maquette weer voor het eerst, nadat hij hem al die jaren geleden gemaakt had. Er is een filmpje gemaakt van die hereniging. Hierin zie je Milena, Hanneke en andere aanwezigen verwachtingsvol naar Karen kijken, benieuwd naar hoe hij zijn eerste gevoelens gaat verwoorden.
Karen: [stilte]
Mina (VO): Maar… het blijft stil.
Karen: [stilte]
Zachte, rustige gitaarmuziek op de achtergrond
Mina (VO): Al is van zijn grijns en zijn vertederde blik meer af te lezen.
Langzaam komen er wat verhalen los, over zijn buren wiens namen hij zich nog kan herinneren, of over de materialen die hij gebruikte. Hoeveel gebouwen hij in elkaar zette weet hij niet meer, maar hij weet wel dat er…
Karen: spreekt in het Armeens
Mina (VO): 390 lampen waren, zegt hij in zijn moedertaal Armeens.
Karen: Ja, allemaal lampjes die staan normaal.
Mina (VO): Hij knielt onder de tafel en…
Je hoort een klik en mensen zeggen ‘oohhh’.
Mina (VO): …een paar van de lantaarnpalen en de lampjes in de huizen en gebouwen gaan aan.
Later zal hij de maquette restaureren, werk waar hij in een paar dagen klaar mee is – niets in vergelijking met de tijd die hij besteedde aan het maken van de maquette.
Dat was in 2012, toen hij al ongeveer een jaar in asielzoekerscentrum Markelo zat, nadat hij vanuit Abchazië naar Nederland was gekomen. Toen hij hoorde dat dit azc ging sluiten, wilde hij graag een herinnering hebben aan die plek.
Karen: spreekt in het Armeens
Mina (VO): Elke dag liep hij door het terrein. Hij schatte de afstanden door zijn stappen te tellen, maakte schetsen in zijn hoofd en verzamelde takken, mos, karton, hout, stukken ijzer… Alles wat hij kon vinden om zijn omgeving zo waarheidsgetrouw mogelijk na te maken.
Soms deed hij testjes met de materialen, dan maakte hij bijvoorbeeld het karton nat en onderzocht hoe stevig het was. Een maquette had hij nog nooit in zijn leven gemaakt – in Abchazië repareerde hij auto’s. Wekenlang bouwde hij, totdat alles er stond. In het azc was iedereen ervan onder de indruk, en de medewerkers wilden weten wat ermee moest gebeuren.
Karen: spreekt in het Armeens
Mina (VO): Karen zei dat zij daarover mochten beslissen – hij was klaar met zijn werk. Daarna verliet hij het azc en verloor hij de maquette uit het oog.
Bitaarmuziek stopt, andere zachte muziek begint
Mina (VO): Sindsdien heeft de maquette rondgezworven door het land. Meerdere mensen voelden zich er verantwoordelijk voor, maar niemand kon hem langdurig ergens opslaan of tentoonstellen. Zo kwam hij te staan in een museum in Markelo, in het kantoor van een filmbedrijf, en zelfs bij een tandarts in de praktijk.
Maar nu zijn Milena en Hanneke van plan de beste verblijfplaats te vinden voor dit object. De afgelopen twee jaar zorgden zij ervoor dat de maquette vlak bij de plek waar hij vandaan komt kon staan, in cultureel centrum Het Beaufort in Markelo. Maar begin 2022 weten ze al: in augustus moet hij daar weg. Om te bepalen wat er dan mee kan gebeuren, organiseren Milena en Hanneke in april een gespreksmiddag in Het Beaufort, waar we samen met een paar anderen met de auto heen gaan.
Geluid van een rijdende auto
Milena: Hanneke, vertel jij eens wat over jezelf.
Hanneke: Ik ben Hanneke en ik werk net als Milena in het cultureel erfgoed. En Mileen en ik kennen elkaar pff meer dan tien…
Milena: Driehonder jaar
Hanneke: [lachend] Ja driehonderd jaar ongeveer.
Mina (VO): Beiden hebben ze zich in hun werk vaker beziggehouden met migratie. Hanneke omdat ze bijvoorbeeld projectleider was van de site Vijfeeuwenmigratie, Milena door het tijdelijke Migratiemuseum in Heerlen te starten. Dat raakte aan haar eigen verleden; haar Sloveense grootvader kwam in de jaren twintig naar Nederland om in de Limburgse mijnen te werken.
Gedurende de jaren dat Milena en Hanneke met migratie bezig zijn, hebben ze gemerkt hoe belangrijk het is voor mensen om iets tastbaars te hebben van hun verleden. Of een fysieke plek om naar terug te keren.
Hanneke: En dat is bij die maquette ook, dat wij heel erg merken, nu we met die maquette bezig zijn, is dat mensen die op dat azc of welk ander azc dan ook wat verdwenen is, dat ze eigenlijk ook een behoefte hebben aan een soort…
Milena: Een lieu de memoire.
Hanneke: Een lieu de memoire. Een soort bedevaartsoord waar ze heen kunnen en zichzelf kunnen zijn.
Mina (VO): Dus een van de opties die Milena en Hanneke bedacht hebben, is om de maquette weer ergens op het oude terrein tentoon te stellen. Daar staat tegenwoordig een zonnepanelenpark en misschien kan er wel een klein museumpje worden gebouwd in een schuurtje. Maar ze hebben ook een paar andere scenario’s bedacht en vandaag kunnen betrokkenen zoals maker Karen, vroegere bewoners, medewerkers of andere geïnteresseerden aangeven welk scenario hun voorkeur heeft.
Milena: Oh kijk hier is het, dit statige gebouw.
Mina (VO): Karen komt op dat moment ook aan.
Verschillende mensen zeggen elkaar gedag op de achtergrond
Mina (VO): Er zijn al een paar anderen aanwezig, die meteen van alles willen weten van Karen, zoals hoe lang hij heeft gebouwd aan de maquette.
Karen: Voor tijd is… Ja ok, ik werk veel keer nacht. Waarom? Nacht is rustig, relaxed. Mensen niet komen. Maar ik denk alles twee maanden, twee maanden, anderhalf.
Mina (VO): Zijn dochter helpt hem te verwoorden hoe het is om zijn werk weer terug te zien.
Karen: Ja ok, wanneer ik ga kijken…
Dochter van Karen: Emotioneel. Wanneer hij gaat zien hij wordt emotioneel.
Mina (VO): Er verschijnt weer een vertederde grijns, en weer volgt er een stilte.
Gitaarmuziek begint weer
Mina (VO): Deze middag is de eerste keer dat ik de maquette in het echt zie. Hij is groter dan ik me voorstelde en… hij lonkt naar me. Hij staat namelijk in een glazen bak, maar de bovenkant is open, waardoor je alles zou kunnen aanraken. Ik wil weten hoe de takjes voelen, of de slagboom open kan, of de schommel echt kan schommelen, en ik zou het dak van het schooltje op willen tillen om te kijken of er tafels en bankjes in de lokalen staan.
Maar de maquette heeft ook iets heel kwetsbaars. De takken en het mos die ooit groen waren, zijn nu droog, broos en bruin, waardoor het geheel een herfstsfeer heeft. En wie weet wat er zou gebeuren als je de caravans aan zou raken – misschien zou het karton indeuken of zouden er scheuren ontstaan in de vloeipapieren ramen.
Een van de oud-bewoners, Ferdos, komt erbij staan en vertelt hoe hij als tiener opgroeide in het azc.
Ferdos: Een van deze gebouwtjes was Karen altijd mee bezig. Wij voetbalden bijna elke dag. We wisselden wel om. Je had zeg maar naast school had je een voetbalveld en je had helemaal hier bij het bosgebied had je ook een voetbalveld en dan wisselden we om de zoveel maanden om. De ene drie maanden voetbalde je elke dag daar en dan weer daar.
Mina (VO): Ferdos’ ogen gaan de paden af, vanaf de ingang tot aan het grote veld rechts achterin.
Ferdos: Ik zie het als een deel van mijn leven. Dit is wel misschien iets wat mij de persoon heeft gemaakt vandaag de dag. Voor mijn ouders zal het misschien – als ik een voorbeeld mag geven – mijn ouders zouden hier bijvoorbeeld niets mee te maken willen hebben, puur door de moeilijke tijden dat zij hebben meegemaakt. Maar voor mij was het gewoon – ik was een kind, ik wist niet beter. Dat zal ik altijd blijven koesteren.
Mina (VO): Terwijl het langzaam drukker wordt, komen twee jonge vrouwen van in de twintig bij me staan.
Milica: Maar ik woonde eerst in een oranje caravan, en toen is er een boom op gevallen, hele dikke boom, hele oude boom. En we waren eigenlijk bijna dood, want ja, er stond een andere boom in de weg, waardoor hij afweek van onze caravan. Anders zou hij echt op de caravan zijn gevallen. En toen zijn we verhuisd naar een witte. Ja, bizar.
Shkurta: Is dit niet die wasserette? Waar de wasmachines waren?
Milica: Oh ja huh. Hij lijkt wel kleiner hier.
Shkurta: Het is echt heel heel raar.
Milica: Het voelt alsof je herinneringen weer levend worden. Want het voelt alsof ze niet meer bestaan omdat het azc niet meer bestaat, weet je wel? Als je dit dan ziet, dan…
Shkurta: Toch weer echt.
Milica: Is het weer echt, ja.
Shkurta: Want we hebben er echt heel veel positieve herinneringen aan, is echt een hele leuke tijd geweest. We hadden zo veel lol altijd. We gingen ook altijd om negen uur ’s ochtends ging ik bij haar aan de deur, de caravan haar roepen om buiten te spelen. Dan waren we ook de hele dag buiten.
Milica: En als ik dan alleen liep, zeiden mensen: ‘Shkurta is thuis hoor.’ Dachten ze: waarom ben je alleen?
Shkurta: We waren altijd met zijn tweeën, ook echt hele dagen.
Mina: Zijn jullie nu ook altijd samen?
Skurta: Nee! We hebben elkaar nu voor het eerst weer gezien na 2008 voor het laatst. Dus echt na al die jaren.
Milica: Ja. Dus hoe lang geleden is dat nu? Veertien jaar.
Shkurta: Veertien jaar.
Zachte muziek
Mina (VO): Milica komt trouwens uit Servië en Shkurta uit Kosovo. Hun ouders ontvluchtten de oorlog tussen de twee landen.
Inmiddels zijn alle genodigden binnengedruppeld.
Hanneke: Nou goed, welkom allemaal. Mijn naam is – voor de mensen die me niet kennen – mijn naam is Hanneke Verbeek, en samen met Milena doe ik het project Tussenlanding. Ik zag jullie allemaal kijken bij de maquette van Karen. Wat we vanmiddag willen gaan doen, is met jullie eigenlijk praten over de toekomst van de maquette. En dat doen we door middel van een aantal scenario’s. En dan hebben we bij jullie allemaal post-its neergelegd en pennen, en gaan we per scenario af, en je ziet plussen en minnen…
Mina (VO): Terwijl Hanneke de scenario’s doorloopt, schrijft Milena mee op het flipboard. De vier scenario’s zijn als volgt:
Optie 1: De maquette blijft waar hij is in Het Beaufort.
Optie 2: Hij gaat op het voormalige terrein van het azc staan.
Optie 3: Ze maken er een reizende tentoonstelling door Nederland en Europa van.
Of optie 4: De maquette wordt gedigitaliseerd, zodat je er online in 3D doorheen kunt lopen.
De aanwezigen delen zich op in groepjes en gaan met elkaar in gesprek. Sommigen halen eerst wat herinneringen op.
Spreker 1: Ik ben laatst nog geweest, en toen was er op het schoolplein nog van de hinkelbaan 1, 2, 3, 4. Die letters, of die cijfers zijn ook allemaal weg, er is helemaal niets meer.
Mina (VO): Sommigen hebben duidelijke ideeën over wat de volgende stappen moeten zijn.
Spreker 2: Het is tijd voor museum, migratiemuseum in Nederland. Dat denk ik. En ik vind de eerste twee opties te lokaal. Hè, ik snap het, het is van hier, maar het is dan te klein.
Mina (VO): En Karen en zijn familie zien het liefst dat de maquette weer naar het oude terrein gaat.
Dochter van Karen: Mijn vader denkt dat kan liefste wel in één plek blijven, dat mensen daar naartoe kan gaan. En dan kan ook blijven in een vaste plek.
Mina (VO): De flipover hangt ondertussen vol post-its. Elk scenario heeft wel zijn voor- én nadelen. Hem in Markelo laten is te kleinschalig, een rondreizende tentoonstelling geeft te veel rompslomp, en een digitale maquette is toch niet de echte beleving…
Hanneke: Maar ik vind het wel heel goed wat je zegt, want het digitaliseren moet eigenlijk sowieso, al is het maar preventief om te voorkomen dat ie verdwijnt.
Milena: Misschien is dat ook het proces, het proces van het laten vergaan, dat dat onderdeel is van het verhaal.
Gitaarmuziek begint
Mina (VO): Met alle verzamelde input zullen Milena en Hanneke nu een plan moeten bedenken voor na augustus.
Die dag is ook de Palestijnse Ribal El Khatib aanwezig. Hij maakt digitale kunst die iets gemeen heeft met Karens creatie.
Ribal: I want to say that the maquette is amazing, and I’m impressed. I don’t know to speak in Dutch.
Milena: Hij zegt dat ie zó onder de indruk is van de maquette. Hij heeft architectuur gedaan. You used to build maquettes like this?
Ribal: Yes, I did a couple of times, maquette. And I’m so impressed you did it without a plan. That was really amazing.
Karens dochter vertaalt.
Karen: Ik denk mijn ogen is dicht en ik gezien wat ik moet maken.
Milena: En Ribal woont nu in azc Emmen, maar hij heeft in meerdere azc’s verbleven. En wat hij maakt is gebaseerd op het meubilair van het azc, want die schijnt overal hetzelfde te zijn. En daar heeft hij kunst mee gemaakt. En hij heeft het azc nagebouwd in 3D.
Dochter van Karen: Ah nice!
Ribal: Thank you, thank you.
Gelach, gitaarmuziek begint weer
Mina (VO): Milena en Hanneke hebben Ribal uitgenodigd omdat ze ook benieuwd naar zijn visie, de visie van iemand die momenteel in een asielzoekerscentrum woont en zijn omgeving gebruikt om kunst van te maken.
Die middag kijken we gezamenlijk naar een van zijn videokunstwerken. Hierin zien we een kleurrijke, haast idyllische wereld, maar wel een waar niets is wat het op het eerste gezicht lijkt. Wat overal terugkomt, zijn de standaardmeubels uit asielzoekerscentra. Zo blijkt het zeil van een zeilboot een azc-gordijn en het dek is een bed. Af en toe doorbreken de stemmen van Ribals kinderen de melancholische muziek.
Vioolmuziek
Dochter van Ribal: Baba why I’m here?
Mina (VO): Ook zien we een enorme zandloper, die niet gevuld is met zand, maar met stoelen. Het zijn eenvoudige, kobaltblauwe kuipstoelen, die je in elk azc vindt en die er praktisch, functioneel en onverwoestbaar uitzien.
De bovenkant van de zandloper is bijna leeg, er zijn nog een stuk of acht stoelen aan die kant overgebleven. Ze bevinden zich vlakbij de nauwe opening in het midden van de zandloper, alsof de tijd bijna op is. Maar als we om de zandloper heen draaien, zien we dat ze stilstaan en in de ruimte zweven. Dan gaan we vanaf de bovenkant de zandloper in, door het nauwe midden naar de onderkant. In de stoelen zit nog steeds geen beweging.
Ribal: All those furniture was in all my azc's I lived in. In all my rooms also. Because I lived in twelve rooms and six locations. What you see in my art, it was all the same. I use the same chairs, the same beds, the same kast, lockers, the same curtains in all the locations.
Mina (VO): Overal dezelfde standaardkamers met dezelfde standaardmeubels. Voor Ribal symboliseert dat de stilstand van het leven in het azc.
Ribal: For me it was frustrating. Because it keeps you in the same feeling. It keeps you in the same situation. Like, okay, I'm going to another azc, but it's the same.
I don't think the furniture as a furniture it affects people. Because the furniture is good, I might choose those furniture in my life. It's not the quality of the furniture or the shape of them, but the meaning, the ability to choose. If I chose them, then I'm fine with them. But I didn't choose them.
Mina (VO): Kun je regie hebben over je leven als je niet eens zeggenschap hebt over je meubels? Een vraag die Ribal verpakt in aantrekkelijke, fantasierijke beelden vol felle kleuren, mooie zonsondergangen en gebalanceerde composities.
Ribal: And this is what also people like to see. People like to see the nice things, the beautiful things. Maybe we can deliver a message by beautiful pictures. I mean, it's a kind of protest, as an art, not an aggressive protest. No, I protest with art. So I show something that people would like to see, because if I bring the ugly things directly to them, then they will… They don't want to see it.
Mysterieus muziek
Mina (VO): Mensen willen geen narigheid zien, zegt Ribal. Maar de afgelopen maanden kom je er niet onderuit. Om de zoveel dagen is er nieuws over asielzoekers. Opvangcentra sluiten, gemeenten zijn niet bereid nieuwe locaties te openen, en in aanmeldcentrum Ter Apel zijn de omstandigheden erbarmelijk. Regelmatig zijn er meer mensen dan er slaapplekken zijn. Op het gras, tegen hekken aan, in sporthallen, in gangen, in tenten slapen mensen. Sommigen zijn genoodzaakt nachten door te brengen op stoelen. Van die eenvoudige, kobaltblauwe kuipstoelen die je in elk azc vindt.
Herinneringen ontstaan op die stoelen. Niet alleen in Ter Apel, maar door het gehele land, elke dag weer. Mensen doen dezelfde soort gordijnen dicht om op dezelfde type bedden dezelfde dagen van wachten af te sluiten.
Al vijfendertig jaar, sinds het eerste asielzoekerscentrum opende, begint het leven van sommige mensen in Nederland op zulke plekken. De omgeving die je misschien je eerste thuis noemt hier. Waar je elke dag dezelfde paden bewandelt, waar veel van je buren je sores delen, waar je misschien wel vriendschappen sluit. De plek waar je wacht op een antwoord op de vraag of je mag blijven.
Hoeveel duizenden mensen zullen deze ervaringen delen? Voor sommige Nederlanders zal het een oude herinnering zijn, voor anderen liggen asielzoekerscentra nog vers in het geheugen. Een collectieve geschiedenis waar nauwelijks fysieke herinneringen van bestaan. Geen objecten die je aan kunt wijzen of plekken waar je heen kunt gaan om te zeggen: dit vertegenwoordigt ook mijn verleden.
Korte stilte, gevolgd door gestommel
Vrouw: Dat heet een maquette. Even kijken, kijk eens wat mooi. Kunnen jullie hem ietsje lager houden? Kijk nou, er zijn beestjes, whoa.
Gitaarmuziek
Man 1: Hij komt in Framer Framed te staan, dus als jullie hem een keer willen bezoeken, dan kan dat.
Mina (VO): Het is begin september, de zolder van Het Beaufort is leeg.
Man 2: Dit kastje, die zit een beetje los eraan. Hieronder gedrukt.
Man 1: Oh, dat zijn de batterijen.
Milena: De batterijen, ja.
Man 2: De batterijen, die zitten een beetje los.
Milena: Oh die zitten los, ok, dat moeten we even fixen. Ok, en er was iets los gegaan zei je?
Man 2: Ja, één huisje hier ergens, weet niet meer welke het was, ze lijken allemaal op elkaar.
Gelach
Man 2: Kan ook zijn dat het aan de andere kant was.
Mina (VO): Hanneke komt er ook aan lopen.
Hanneke: Oh kijk ik zie hem. Ik vind het wel een hele mooie plek. Prachtig.
Mina (VO): In Amsterdam-Oost staat Framer Framed, een platform voor kunst en cultuur. Momenteel zijn ze bezig met het opbouwen van nieuwe exposities, en in een van de ruimtes zal de maquette te zien zijn, samen met het werk van Ribal.
Milena: Dit is wel echt een kunstruimte, hè, een hele hoge ruimte, een beetje een kerkachtige uitstraling, met van die grote ronde ramen. En dat maakt het licht ook bijzonder.
Hanneke: Ik vind hem echt, hij staat bij het raam, dus mensen kunnen hem ook al zien. Ja ik vind het wel mooi eigenlijk, dat mensen ook van buiten naar deze maquette kunnen kijken. Ze mag even op adem komen hier in de zon.
Milena: Ja, eerst even een beetje bijkomen.
Hanneke: Ja want Milena en ik zijn ook heel erg bezig geweest met het schrijven van een biografie van een object. Dus het idee dat niet alleen mensen een biografie hebben, maar ook objecten een biografie kennen. Dus welke handen hebben het object aangeraakt, maar ook welke ogen hebben ernaar gekeken, met welke gedachten of wat hebben ze erin gezien? En dat komt hier nu – tijdelijk dan – in het zonnetje langs het raam wel eventjes mooi uit, dat mensen ernaar kunnen kijken. Wat ook weer waarde toevoegt aan het object.
En we zijn natuurlijk in dit project juist heel erg bezig geweest om de gemeenschap er iets over te laten zeggen in plaats van twee mensen in het erfgoedveld die dan bepalen hoe een project geleid moet worden. Ik denk dat we daarom zo consciëntieus bezig geweest met wat de waarde is voor wie op welk moment. Omdat je eigenlijk, je wil die biografie schrijven zodat die compleet is. Net als een asielzoeker die z’n eerste gehoor en nadergehoor bij de IND heeft en vertelt wie die is en waarom hij asiel aanvraagt, om dat dossier zo vol mogelijk zodat iemand anders kan bepalen of hij of zij hier een thuis kan vinden en een toekomst kan vinden. Zo zijn wij bijna bezig geweest.
Milena: Heeft ie een verblijfsvergunning?
Hanneke: Ja hij mag in Ne.. Nee ja nee. Mag hij eigenlijk in Nederland blijven? Is hij uitzetbaar? Is een hele goede vraag. Misschien zijn we daarom die biografie wel aan het schrijven, als een soort bewijslast voor de IND.
Milena: Soort dossieropbouw.
Hanneke: Dossieropbouw dat ie hier mag blijven, dat het belangrijk is dat hij die vergunning krijgt. Dat ie erkend wordt.
Mina (VO): Want in Framer Framed is hij ook maar een paar maanden te zien, daarna moet er weer een nieuwe plek worden gevonden. Maar Milena en Hanneke hebben wel een uiteindelijke bestemming voor ogen.
Milena: Dus wij willen uiteindelijk gaan werken aan een lieu de memoire, een plek van herinnering. Een plek voor mensen om naartoe te gaan. We zijn daar hard mee bezig, we verwachten dat dat nog zeker twee jaar gaat duren, zo niet langer. En ja, inderdaad, dat betekent dat je twee jaar lang de verantwoordelijkheid neemt voor een object van 2,5 meter bij 1,5 meter. Ik woon zelf in Amsterdam in woning van 50 vierkante meter, dus…
Gelach
Hanneke: Je ziet hem in je eigen huiskamer staan he? Door dat deurtje.
Gelach
Mina (VO): Dus om te voorkomen dat Milena’s woonkamer opgeslokt wordt door de maquette, moeten meer mensen het belang inzien van het bewaren ervan.
Milena: Wat ik wel mooi zou vinden is als we het voor elkaar zouden krijgen dat de erfgoedsector in gezamenlijkheid verantwoordelijkheid zou willen nemen met ons voor het vinden van een goede plek voor deze maquette. Het gaat over urgente thema’s.
Hanneke: De parallel met de opvangcrisis is gigantisch. Als je dit nu zegt denk ik… Voor mij die beelden in Ter Apel – los van dat het schrijnend is he, en ik me schaam als Nederlander dat dit gebeurt in mijn land – zie ik ook gewoon het ontheemde. Ontheemde mensen die dan ook nog eens geen landingsplek krijgen, maar in het grasveld liggen met een provisorisch tentje boven hun hoofd die ook nog wordt afgepakt. Dus dan ben je van zo ver gekomen en ben je alles verloren en dan kun je nergens landen zeg maar. Dan lig je daar in het gras in de brandende zon en zijn er geen goede omstandigheden. Als ik dan naar deze maquette kijk, dan voel ik het tegenovergestelde. Hoe pijnlijk het ook is wat mensen moeten achterlaten, de reden waarom ze hier zijn gekomen. Dit was wel hun thuis. En om daar dan herinneringen meer, geen fysieke herinneringen meer aan te kunnen hebben is heel pijnlijk en verdrietig.
De mensen die nu in het grasveld van Ter Apel liggen, als die een positieve beschikking krijgen en uiteindelijk een verblijfsvergunning en uiteindelijk naturaliseren, zijn dat de Nederlanders van de toekomst. En als die zich niet kunnen herkennen in het erfgoed dat nu op dit moment verzameld wordt of ligt in musea en de archieven, dan hebben we een probleem uiteindelijk.
Rustige, elektronische muziek begint
Mina (VO): Wat voor voorwerpen zouden we dan moeten bewaren om de huidige opvangcrisis te markeren?
Milena: Dat is denk ik iets wat je aan de mensen zelf zou moeten vragen. Aan de mensen die nu in Ter Apel zitten en die straks doorstromen – hopelijk – naar de azc’s. Dat je dan de vraag gaat stellen: wat was belangrijk? En wat… Dat kan iets moois zijn, maar ook iets heel lelijks. Zoals Ribal in het azc zo bezig is met die meubels om hem heen, die meubels hebben waarde en betekenis voor hem. En vervolgens kun je de vraag gaan stellen: heeft dat ook betekenis voor een ander die daar ook gewoond heeft? En dan, nou ja, dan kom je in de richting van wat erfgoed zou kunnen zijn van vluchtelingen.
Want als de samenleving verandert, en dat zullen we toch met zijn allen moeten gaan accepteren, dat we leven in een dynamische migratiesamenleving, dat dat dus betekent dat de wereld om ons heen ook moet mee veranderen. Dus wij moeten er met elkaar voor zorgen dat ook mensen die nieuw zijn in Nederland zich kunnen herkennen in de wereld om zich heen.
Mina (VO): De zon is inmiddels een stukje opgeschoven en schijnt op zo’n manier op de maquette neer dat het stof dat zich in de loop der tijd heeft verzameld zichtbaar is. Als een glinsterende deken lijkt het zich over het landschap te hebben uitgespreid.