Het is mei 1945 als Tedje en Meijer in elkaars leven komen. De twee weeskinderen, tieners, die de verschrikkingen van de oorlog alleen hebben moeten doorstaan, ontmoeten elkaar op de Gemeentelijke Inhaalcursus voor Ondergedoken Leerlingen om elkaar vervolgens nooit meer los te laten.
Tedje heeft een verblijf van tweeëneenhalf jaar in de concentratiekampen van de nazi’s overleefd en Meijer komt net uit de onderduik als de school hen bij elkaar brengt. Zij beloven elkaars levensvervulling te worden en er samen iets van te gaan maken.
Hoewel de artsen voorspellen dat Tedje geen kinderen zou kunnen krijgen als gevolg van de erbarmelijke omstandigheden in de kampen, krijgt het stel een dochter en een zoon: Mirjam en Ruben. Ze proberen hun kinderen zo normaal mogelijk op te voeden, maar de verschrikkingen van de Holocaust blijven altijd voelbaar aanwezig.
Mirjam en Ruben hebben veel bewondering en begrip voor hun ouders en de manier waarop zij houvast bij elkaar hebben gezocht. Maar de innige band tussen hun ouders biedt tegelijkertijd weinig ruimte voor anderen, ook niet voor Mirjam en Ruben. Hun herinneringen zijn herkenbaar voor iedereen met ouders die getekend zijn door een dergelijk oorlogsverleden. De film laat zien hoe groot de impact van trauma op de volgende generaties is.
Regie: Heleen Minderaa