Regisseur en personage zijn
Het was voor Susanne niet altijd makkelijk om zowel regisseur als personage te zijn van de film. ‘Vooraf heb ik me veel bemoeid met het proces, maar tijdens het draaien dacht ik: Laat maar gaan.’ Toch merkte ze dat ze ingehouden was wanneer de camera draaide. ‘Vrienden zeiden: Je merkt dat jij de maker bent, want je hebt je niet laten gaan. Ik bleef dus bezig met de inhoud en kwam daardoor niet zo dicht bij m’n gevoel. Bij m’n familie merkte je dat dat, dankzij de verdiensten van Coen Verbraak, wel anders was. Hij had ze meteen ingepakt, vooral mijn zussen.’
Het hele verhaal vertellen
Uiteindelijk had Susanne zeven uur aan materiaal waar ze een film van moest maken. ‘Dat ruwe materiaal heeft lang gelegen. We hebben in 2015 gedraaid, maar ik ben pas drie jaar later begonnen met de montage. Dat ze dat toch deed, kwam onder andere door Coen Verbraak, die zei: Susanne, doe het nu, anders is het momentum weg.’ De montage was een geworstel. ‘Mijn broer vond dat de toedracht er zeker in moest. Hij zei dat dat huiveringwekkende juist laat zien waarom het rouwproces voor ons zo heftig is. Je ziet eigenlijk constant de beelden voor je dat je zusje voor de trein staat en uit elkaar spat. Ik vond het belangrijk dat het hele verhaal verteld werd.’
‘Vaak wordt de toedracht niet besproken in films of andere media-uitingen, terwijl dat juist is wat je als nabestaande bezighoudt. We hebben haar na die sprong nooit meer kunnen zien, en daardoor heb ik heel lang gedacht dat het niet echt was. Je hersens maken rare constructies om de waarheid te ontwijken. Ik heb samen met mijn zus, met een fles whisky erbij, de hele sprong gereconstrueerd tot in detail, om het beter te kunnen verwerken.’
Troost voor anderen
Het is voor Susanne niet alleen als filmmaker, maar misschien juist ook als nabestaande, heel belangrijk dat de film er is. ‘De film laat zien hoe mooi Annemartien is, maar ook hoe menselijk: ze was iemand met twijfels.’ Ook de rol van haar familieleden in de film is belangrijk: ‘Mijn zus Frederique zegt bijvoorbeeld dat ze heel graag naar de plek toe wilde waar het gebeurd is. Later hoorde ik van een meisje die hetzelfde meegemaakt had, maar nooit naar de plek durfde waar het gebeurd was. Dankzij de film ging ze toch naar die plek, en kon ze weer slapen.
Susanne hoopt dat de film troost biedt voor mensen om erover te praten: ‘Het hielp ons als familie bijvoorbeeld heel erg om een dominee bij de gesprekken te laten zitten, en ik hoop dat zoiets ook een tip kan zijn voor anderen. Als zoiets heftigs van dichtbij meemaakt, word je zo onbeschaafd als mens: wij vlogen elkaar als familie soms in de haren, en dan is het fijn als er een beschaafd persoon bij is.’
Tekst loopt door onder de afbeelding.