Zo hoopte ze tijdens het maken van de film, dat ze na de film een lang en gelukkig leven zou gaan leven in Nederland, zonder twijfels over Spanje. Abajo Pérez: ‘Maar de droom ‘terug naar Spanje’ zit nog steeds in mij. Ik zal altijd zo geconditioneerd blijven. En daarbij blijf ik, net als iedereen, verlangen naar de liefde, waardering en goedkeuring van mijn ouders. Daarom doen we vaak onbewust wat onze ouders van ons verlangen.’
De band tussen Abajo Pérez en haar ouders is veranderd door het filmproces: hun relatie werd gelijkwaardiger, er ontstond meer begrip en erkenning. Maar het grootste verschil is dat de filmmaakster zich nu veel zelfstandiger voelt. ‘Het voelt alsof ik, door het voeren van alle gesprekken, eindelijk mijn navelstreng kon doorknippen. Misschien is dat ook wel de symboliek van de beelden en het spannende telefoongesprek op het einde van de film…’