Filmmaker Festus Toll vond zijn liefde voor documentaire toen hij op een homevideo Estuitte van zijn Keniaanse oom. Hierin zet hij de twaalfjarige Festus voor de camera en zegt hem dat zijn dubbele achtergrond, Keniaans en Nederlands, een uitdaging voor hem zal vormen, maar ook een verrijking. Dit is het begin van Festus’ fascinatie voor film en zijn zoektocht naar identiteit. ‘Voor mij bewees dit de magie van de wereld door een lens zien.’
In zowel de afstudeerfilm van Festus Toll, We Will Maintain, als in zijn nieuwe Teledoc Campus-film When You Hear the Divine Call speelt het interview van zijn oom een grote rol. In zijn eerste film leidt het tot een onderzoek naar Nederland, maar nu gaat hij naar Kenia om zijn roots en die van zijn jongere neefje vast te leggen. Hij onderzoekt wat “thuis zijn” betekent als je Europese en Afrikaanse roots hebt.
Hoe ben je bij Teledoc Campus terechtgekomen?
‘Mijn afstudeerfilm draaide in 2017 op het NFF en toen benaderde producent Jasper Boon mij om te bespreken wat ik na mijn afstuderen wilde doen. Toen stelde hij voor om een plan in te dienen voor Teledoc Campus. Het heeft even geduurd voor het resultaat er lag, want ik moest mijn draai opnieuw vinden nu ik met een budget en met meer mensen mocht samenwerken. Ik heb door dat ontwikkelingsproces veel geleerd over hoe ik in de toekomst films wil blijven maken.
Waarom koos je ervoor om verder in te zoomen op je biculturele achtergrond?
‘Het fragment waarin ik word geïnterviewd door mijn oom over mijn achtergrond was de openingsscène van mijn afstudeerfilm. Hierin doet mijn oom een voorspelling van hoe mijn leven zal lopen als Europese Afrikaan, namelijk dat het een worsteling zou kunnen zijn om je thuis te vinden. De film zoomde in op de Nederlandse samenleving en ik stelde mijzelf de vraag wat Nederlanderschap nu eigenlijk betekent, vooral als je een biculturele identiteit hebt. De titel, We Will Maintain, is afgeleid van de, ironisch genoeg, Franse wapenspreuk ‘Je maintiendrai’ dat op ons Nederlandse paspoort staat wat ‘ik zal handhaven’ betekent. Het waren de landelijke verkiezingen dat jaar en ik deed ik veel onderzoek naar de opkomende verdeeldheid en de reacties op de zwarte pietendiscussie. Ik voelde daarbij heel erg de behoefte om mijn visie te geven op het cliché dat de multiculturele samenleving is mislukt. Als dat zo zou zijn, dan is die samenleving is iets dat we moeten onderhouden, dus maintainen. Voor deze documentaire wilde ik het anders doen en kreeg ik de kans om meer in te zoomen op mijn Keniaanse roots. Die reis wilde ik graag delen met mijn pasgeboren neefje, ook een Europese Afrikaan.’
Wat vond je het leukst aan het maken van deze documentaire?
‘De reis naar Kenia. Het was al wel mijn zevende keer, maar ik klikte enorm met Jasper en hoewel ik hem pas 1,5 jaar kende voelde het alsof we al jaren samenwerkten. Samen vormden we een compacte crew en konden zo bij heel veel bijzondere gebeurtenissen zijn, zoals bij die begrafenisscène in Kenia. Als je daar met vier of vijf man had gestaan, was het veel intimiderender overgekomen. Nu waren we een soort fly on the wall. Wat ik helemaal tof vond, was dat ik Kenia nu vastlegde voor mijn neefje, zodat hij kan zien waar hij vandaan komt.’
Tekst gaat verder onder afbeelding