Met haar nieuwsgierigheid schudt Ananta Khemradj (30) Suriname op. In haar documentaire Je kan toch lezen wil ze namelijk antwoord op de – op het oog – simpele vraag waarom de Surinaamse jeugd zo weinig weet over de gruwelijke gebeurtenissen van de jaren ‘80. Maar door hiernaar te vragen is de deksel van een doofpot afgegaan die er ook niet meer op kan; ‘ik voel me verantwoordelijk om nu door te pakken’.
Ananta Khemradj deed in 2015 mee aan het ontwikkelingstraject Surinamedoc, waar je een filmplan kon leren schrijven en pitchen. Dit is een samenwerking tussen de Nederlandse Filmacademie en de Surinaamse educatiestichting BackLot. Het was eigenlijk niet de bedoeling dat er daadwerkelijk documentaires gemaakt zouden worden, maar de plannen waren zo interessant dat er toch financiering werd aangevraagd.'
Werkte je met een Surinaams team?
‘Het team waarmee ik draaide was wel helemaal Surinaams; een cameraman en een geluidsman. Dat was wel fijn, want we konden de emoties die loskwamen tijdens het draaien daardoor delen. Ik ging er heel onbevangen in, maar als je je dan bewust wordt van alles wat zich heeft afgespeeld dan komt dat wel hard binnen. Vooral de verhalen over de binnenlandse oorlog, die nu niet in de film zitten, vond ik heftig. Daar heb ik echt wakker van gelegen.’
Kon je tijdens het draaien wel afstand nemen als regisseur?
‘Nee, ik heb pas tijdens het editen een stapje achteruit kunnen doen. Ik ben tijdens het draaien echt niet bezig geweest met de vormgeving. Ik ben als journalist namelijk veel meer bezig met de inhoud dan met de vorm. Ik kon wel makkelijker naar mezelf kijken dan ik had verwacht. Ik zag mezelf echt als een personage. Dus ik had er ook echt geen moeite mee om mezelf huilend in beeld te plaatsen.’
Hoe lang heb je over het maken van de film gedaan?
‘3,5 jaar. Ik deed in 2015 mee met dat traject van een filmplan schrijven en pitchen en toen zat er nog een hele tijd tussen voordat we financiering rond hadden. Maar in 2017 ging ik eindelijk tien dagen draaien in Suriname. Toen woonde ik net weer in Nederland. En in 2018 is de film afgemaakt en in Suriname vertoont.’