Op de heide is alleen stilte te horen, als er opeens een stem klinkt: ‘Fuck, echt leip man.’ De oase van rust, staat lijnrecht tegenover diegene die de microfoon in handen heeft: Jord van Domselaar (20). Zijn straattaal snijdt door de dromerige, stille beelden van de natuur. Langzaam tikt de tijd door, en krijgt de isolatie greep op Jord. Hij wordt geconfronteerd met zijn eigen gedachtes die gaan over zijn gedrag van vroeger en over de band met zijn ouders. De natuur en stilte fungeren als een spiegel die hij zichzelf lang niet heeft voorgehouden.
Het is precies waar regisseur Dylan Werkman (26) naar zocht. De Nederlandse filmacademiestudent vroeg zich af wat isolatie met de mens doet, en zag film als middel om dit uit te zoeken. In zijn naaste omgeving merkte hij dat veel mensen zich eenzaam voelden, en vroeg zich af of hij dit gevoel kon nabootsen, door zeven dagen in isolement te gaan zitten. Daarom reisde hij eerst zelf af naar Frankrijk, om te zien wat het met hem zou doen. En ja, hij brak. ‘Ik heb zitten janken. De geluidsrecorder wordt dan echt je vriend, waar je tegen aan kan praten en emotionele gesprekken mee kan voeren. Toch was ik niet écht eenzaam en kwam ik er achter dat eenzaamheid niet iets is wat je afdwingt, maar iets is wat je bent. Ik had namelijk altijd nog de keuze om weg te gaan, dus voor mij betekende het geen echte eenzaamheid. Maar de isolatie waarin ik toen verkeerde bracht wel zelfreflectie. Ik denk dat we in de stad niet genoeg de tijd voor onze gedachtes nemen, en eigenlijk niet genoeg stil staan om te beseffen wie we nou echt zijn.’