3Doc:

Ik rouw van jou

BNNVARA

Nellie Benner is 28 als haar moeder plotseling overlijdt. Terwijl verdriet met volle kracht haar leven in dendert lijkt het alsof iedereen van haar verwacht dat ze weet hoe ze moet rouwen. Maar hoe doe je dat eigenlijk, rouwen?

Nellie onderzoekt de tegenstrijdigheden van het verliezen van een ouder op jonge leeftijd. Alle trauma's, tranen en dieptepunten, maar ook de opgedane kracht, wijsheid en losgekomen creativiteit. Kun je sterker en gelukkiger worden door de dood van iemand van wie je het meest houdt? Kun je je verdriet omzetten in iets betekenisvols? Mag verdriet er soms ook gewoon even zijn, en hoe deel je dat zonder dat je je opgelaten voelt? Rouwen. Hoe doe je dat?

Regie: Nellie Benner en Leon Veenendaal

'Ik wilde huilen, ik wilde lachen, ik wilde dat mijn verdriet ergens naartoe kon gaan'

In gesprek met regisseur Nellie Benner

Tekst: Abel Vos

Wanneer dacht je: hier wil ik een docu over maken?
‘Ik kon niet geloven hoe mijn moeder, de vrouw waar ik het allermeeste van hield op de hele wereld, zomaar kon overlijden. Ze was zó krachtig, zó mooi, en toen was het opeens afgelopen. Ik was nog nooit bezig geweest met de dood. Het voelde onwijs als een ver-van-mijn-bed-show. In een korte tijd kende ik de dood opeens veel te goed. Na een half jaar begon ik met schrijven: ik schreef allereerst mijn emoties van me af. Maar ik was ook bezig met de vraag hoe het kwam, dat ik zo weinig wist over de dood. Toen ik mijn geschreven teksten had opgestuurd naar Sjoerd [van den Broek, eindredacteur BNNVARA, red.], gaf hij me een paar veren in de reet: hij vond dat ik erg mooi kon schrijven, en dat die teksten een belangrijk deel van mijn documentaire moesten zijn.’

Is er te weinig aandacht voor de dood?
Volmondig: ‘Ja. En we gaan er enorm spastisch mee om. We missen in onze cultuur bepaalde rituelen. Steeds meer mensen zijn niet meer gelovig, dan ben je denk ik ook minder bezig met de dood en het hiernamaals. Als atheïst denk ik vaak dat we doen alsof de dood er niet is. Het roept angst op omdat we er niets over weten en daarom ontwijken we het. Ik begon films kijken waarin moeders doodgingen, in mijn zoektocht naar herkenning. Ik wilde huilen, ik wilde lachen, ik wilde dat mijn verdriet ergens naartoe kon gaan. Ik merkte dat ik het lastig vond om er iets herkenbaars over te vinden.’

Tekst gaat verder onder afbeelding

Maar jij maakte er een film over.
‘Het is vijf jaar later, en de film is nu pas klaar. Dat is misschien wel goed geweest. Nu is het een documentaire voor anderen geworden. Als ik de documentaire snel na mijn moeders dood had gemaakt, was de film denk ik puur voor mijzelf geweest. In de vijf jaar na de dood van mijn moeder heb ik met mijn vader nog nooit een lang gesprek gehad over de dood. Als we het probeerden en het werd heftig, dan liep er vaak iemand weg. Dan stopte het gesprek. Met de camera erbij kon je eigenlijk niet weglopen. Daardoor kreeg ik in deze film antwoord op vragen waar ik vijf jaar lang op heb gewacht. Mijn vader zei na het kijken van de film: ‘Het heeft ons een stuk verder gebracht in ons rouwproces.’ Dat is precies wat ik met deze docu wil bereiken: dat mensen gaan praten met elkaar.

Kende je al je personages uit je film?
‘Nee. Ik was op zoek naar verschillende manieren om met de dood om te gaan. Ik zit zelf in een kunstzinnige hoek, dus ik kwam snel in contact met mensen die hun rouwverwerking uiten in de kunst. Maar toen ik een oproepje had geplaatst op Instagram, ontving ik fantastische verhalen, ook uit andere hoeken. Toen dacht ik: als ik een universele documentaire wil maken, moet ik het breder trekken. Niet iedereen pakt zomaar een kwast of een camera. Nu zit er ook een meisje in die haar eigen voetbalteam heeft opgericht, omdat ze in verbinding wil blijven met mensen. Dat is iets wat mensen zélf kunnen doen.’

Waarom koos je ervoor om zelf in beeld te blijven? Je had je personages bijvoorbeeld ook in hun leven of rouwverwerking kunnen volgen.
‘Ik had het in eerste instantie geschreven vanuit mijzelf. Het was mijn verhaal. Door het presenteren van Drugslab en Spuiten en Slikken is presentatiegericht interviewen ook mijn ‘rol’, waarbij ik onderzoek hoe ik iets ervaar. Gaandeweg het maakproces van deze docu ontdekte ik: ‘shit, ik ben dit zelf aan het maken, ik bepaal de ideeën, ik ben de baas. Die positie heb ik nog niet eerder gehad.’

Tekst gaat verder onder afbeelding

'In de vijf jaar na de dood van mijn moeder heb ik met mijn vader nog nooit een lang gesprek gehad over de dood'

Sommige mensen ken je, anderen niet. Hoe pakte je dat aan met de interviews?
‘In de film spreek ik met een boxer, die heb ik maar een half uur geïnterviewd. Aan de ene kant is dat mijn kracht: mensen voelen zich snel prettig bij mij. Aan de nadere kant had ik hem achteraf gezien iets langer willen spreken. Als filmmaker is het bevredigend om langer de tijd te hebben om een vraag te stellen, waardoor je meer naar elkaar toegroeit. Dan hoef ik er ook minder voor te vechten om iemand in een half uur echt en ontspannen te laten zijn. Ik vond het wel prettig om meerdere korte verhalen te filmen: ik wilde dat veel mensen zich een klein beetje zouden kunnen herkennen en zich wat minder eenzaam zouden voelen. Dat kan soms al met één rake zin.’

Hoe was het om jouw eerste film te regisseren?
‘Het voelt als een kunstwerk dat nooit af is. Nadat ik een ruwe montage had gemaakt, wilde ik het gelijk in de pullenbak gooien. Ik dacht: ‘dit is mijn verhaal, wie de fuck heeft er iets aan?’ Ik appte daarna met Lize Korpershoek, die net een film had gemaakt, en vroeg haar of ze dat gevoel ook heeft gehad. Ze zei heel mooi: ‘Wat veroorzaakt de blokkade? Een realistisch argument of een stukje onbetrouwbare onzekerheid?’ Ik wist zeker dat het laatste bij mij speelde. Het is voor mij allemaal nieuw als maker, het is persoonlijk. Dan hoort het er denk ik ook bij dat je het soms helemaal kut vindt.’

Tekst gaat verder onder afbeelding

‘Dit is mijn verhaal, wie de fuck heeft er iets aan?’

Hoop je iets met de film te bereiken?
‘Ik hoop dat mensen door mijn film iets minder spastisch met de dood omgaan. Dat iemand na het zien van mijn film toch nog een beetje zin in de toekomst kan hebben of dat iemand heel hard heeft kunnen huilen. Maar vooral dat mensen het gesprek over de dood aan durven te gaan. Mijn moeder was kinderpsycholoog, iedereen voelde zich een baas bij haar. Ze kon iedereen een goed gevoel geven als iemand verdrietig was. Als ik dat ook kan bereiken met deze film, dan is mijn missie geslaagd.’

Sluit deze film een hoofdstuk voor jou beter af?
‘Doordat ik zoveel met de dood bezig ben geweest, merk ik juist dat ik heel erg aan het leven ben. Ik ben me meer bewust dat we er niet altijd zijn. Mijn moeder zei gek genoeg altijd dat ze begrafenissen of crematies, hoe verdrietig ook, best gezellig vond. Nu begrijp ik pas wat ze daarmee bedoelde: het is fijn dat iedereen bij elkaar is en dat alle ruis en al het gezeik van het dagelijkse leven even wegvalt. Niemand zit op een telefoon, niemand hoeft weg, mensen zijn samen in het hier en nu. Wat zou het fijn zijn als je dat gevoel langer kon doortrekken, niet alleen een maand maar ook verder in het leven. Jezus, ik lijk wel Ghandi.’

‘Doordat ik zoveel met de dood bezig ben geweest, merk ik juist dat ik heel erg aan het leven ben'

Best bekeken docu's van 2020