Terwijl Faydim, dertien jaar na haar emigratie naar Nederland, worstelt met gevoelens van heimwee en gemis naar haar vaderland Iran, vraagt haar jongere broertje haar hem te helpen met de voorbereidingen van zijn immigratie naar Nederland. Dit zet Faydim ertoe aan om haar eigen keuzes nog eens te overwegen.
3Lab
Yalda: de langste nacht
De eindexamenfilm van regisseur Faydim Ramshe, over migratie, heimwee en verlangens.
‘Home is where the heart is’, maar mijn hart zal nooit honderd procent in Nederland liggen en ook niet in Iran’
In gesprek met regisseur Faydim Ramshe
tekst: Jaike Reitsema
Met de afstudeerdocumentaire ‘Yalda: de langste nacht’ maakte documentairemaker Faydim Ramshe een film over het bitterzoete gevoel wat zij ervaart door haar migratie van Iran naar Nederland: het verlangen naar een thuisland wat nooit helemaal je thuis zal zijn.
Waar komt de titel ‘Yalda: de langste nacht’ vandaan?
‘Yalda is een feest waarbij we in Iran de langste nacht van het jaar vieren, op 21 december. Het is ook hoe ik mijn migratie heb ervaren: als een hele lange nacht. Ik vind Yalda een mooie metafoor voor de documentaire, omdat je de duisternis dus ook kan vieren.’
Hoe kwam het idee voor deze film tot stand?
‘Het was mijn droom om een film in Iran te maken. Ik wilde mensen laten zien waar ik vandaan kom. Ik vind het soms lastig dat iedereen aannames heeft over mijn geboorteland, maar bijna niemand het kent. Mijn afstudeerfilm zag ik als een kans dit te veranderen, maar door corona ging het niet door. Dat was een enorme teleurstelling. Maar ik was er nog steeds zeker van dat het verhaal over Iran moest gaan. Eigenlijk wilde ik geen ego-documentaire maken, maar het was onvermijdelijk want alle verhalen die ik wilde vertellen over Iran en migratie zaten in mij. Mijn team en ik besloten dat als we dan toch een ego-documentaire gingen maken, we alles uit de kast zouden trekken. Het werd een mengeling van documentaire, fictieve elementen, animatie, timelaps, voice-overs en nog veel meer.’
Was dat dan niet lastig te produceren, zo midden in coronatijd?
‘Absoluut, het was heel ambitieus. Het begon al met dat ik beelden van Iran nodig had, maar we het land niet in mochten. We vonden een cameracrew in Iran die beelden voor ons ging maken, maar een crew op afstand aansturen is heel moeilijk. Daarnaast ging ik voor het eerst animatie regisseren en moesten we veel settingen zelf maken. Voor de scène in de club moesten we bijvoorbeeld zelf een lege club, muziek, figuranten etc. regelen omdat de clubs zelf niet open waren.’
In de documentaire worstel je met de vraag of je wel de goede keuze hebt gemaakt door naar Nederland te komen. Heeft het maken van de documentaire daar antwoord op gegeven?
‘Ik heb mijn emoties wel beter leren begrijpen. Het bitterzoete gevoel wat ik in de film beschrijf, daar zal ik mee moeten leren leven, heb ik beseft. Ik zal altijd het gevoel houden dat ik iets mis. Afgelopen weken waren geweldig door de première en mijn diploma-uitreiking, maar tegelijkertijd verdrietig omdat mijn ouders er niet bij waren. ‘Home is where the heart is’, maar mijn hart zal nooit honderd procent in Nederland liggen, en ook niet in Iran. Dat is de vloek van migratie. Toen ik wegging uit Iran was ik 18 en wilde ik de wereld ontdekken en loskomen van mijn familie. Nu ik 32 ben verlang ik juist terug naar mijn roots. Dat ik me nu zo verscheurd voel, had ik van tevoren nooit bedacht.’
In de documentaire zien we dat je broertje ook naar Nederland wil komen. Ben je bang dat hij hetzelfde gaat meemaken?
‘Ik weet wel zeker dat hij hetzelfde gaat meemaken. Hij is nu een maand in Nederland en hij mist zijn vrienden en onze ouders al. Maar ik zal nooit zeggen dat hij het niet moet doen, want ik gun hem de ervaring. Ik hoop heel erg dat het voor hem makkelijker gaat zijn en ik zal er alles aan doen om hem zich thuis te laten voelen. Het is natuurlijk wel heel fijn om hem bij me te hebben.’