Toen filmmaker Rogier Kappers op 52-jarige leeftijd vanuit een burn-out in een midlife crisis belandde, gooide hij zijn leven als filmmaker over een andere boeg: hij werd glasorganist. Een avontuurlijke zoektocht die, zo vond hij zelf, het waard was om vast te leggen.

Glas, mijn onvervulde leven is het coming of age-verhaal van de 52-jarige Rogier Kappers. Hij wil de droom waarmaken die hij als negenjarig jongetje had: een orgel van zingende glazen bouwen en daar beroemd mee worden. Een hilarische en ontroerende zoektocht naar roem, liefde en fortuin.

Hoe kwam je op het idee om jezelf te gaan filmen en het verwezenlijken van je droom vast te leggen?

‘Ik was al dertig jaar filmmaker en producent en ik wist niet of ik daarmee nog verder wilde. Ik had een soort burn-out. En een innerlijke crisis. Daar begint de film ook mee. Toen kwam ik vanuit een fascinatie uit mijn jeugd op het idee om muziek te gaan maken met glazen. Daarbij kwam alweer snel de filmmaker in mij naar boven, want het is spannend om zo’n proces te volgen waarin je niet weet waar iets op uitloopt. Ik wilde dus eigenlijk geen films meer maken, maar besloot het toch te doen.’

Had je van tevoren het idee dat het bespelen van een glasorgel een succesverhaal zou kunnen worden?

‘Omdat het zo’n raar instrument is, had ik wel meteen het idee dat ik er de aandacht mee kon trekken. Maar het ging mij niet om die aandacht. Ik werd geraakt door de klank van de glazen en wilde dat overbrengen aan een publiek. Stiekem hoopte ik dat ik er uiteindelijk mijn geld mee kon verdienen, maar dat heeft lang geduurd. Veel mensen verklaarden me voor gek.'

Still uit 'Glas, mijn onvervulde leven'

Het is misschien ook wel confronterend om jezelf zo te zien worstelen in de film?

‘Die gêne had ik al vrij vroeg in het proces losgelaten. En ik heb ook al eerder aan een aantal persoonlijke films meegewerkt als personage of als producent. Daardoor wist ik dat zo’n persoonlijke film enkel werkt wanneer je helemaal met de billen bloot gaat. Daarbij geldt denk ik ook: hoe persoonlijker, hoe universeler.’

Welk beeld van jezelf wilde je met de film neerzetten?

‘Ik wilde een beeld neerzetten van een man die zichzelf wil bewijzen en daarom maar doorgaat. Ook tegen beter weten in. Ik heb altijd een beetje een quote uit de speelfilm Taxi Driver (1976, Martin Scorsese) in mijn achterhoofd gehad: ‘On every street, in every city there's a nobody who dreams of being somebody. He's a lonely forgotten man desperate to prove that he's alive.’ Deze film gaat ook over iemand die wil bewijzen dat hij bestaat. We zoeken allemaal naar een bestaansrecht, een gevoel dat we ertoe doen. Dat geeft een soort drive.'

Still uit 'Glas, mijn onvervulde leven'

Wat wil je graag bereiken met de film?

‘Ik wilde de kijker zo sterk mogelijk meeslepen in het verhaal. Ik heb het samen met Alexander Goekjian gemonteerd volgens de regels van de dramaturgie. Een klassiek heldenverhaal, en in dit geval een antiheldenverhaal. Waarbij de antiheld tegen obstakels oploopt die hij moet zien te overwinnen om uiteindelijk succes te bereiken.'

In hoeverre hebben we een eerlijk beeld van jou als persoon gekregen als jij de hoofdpersoon was, maar ook de eindregie had?

‘Tijdens het monteren van de film, ging ik als regisseur steeds sterker naar mezelf kijken als personage, niet als een ik-figuur. We komen er ook steeds meer achter dat mijn personage werkte als een tragikomisch figuur. Dat zijn we steeds scherper uit gaan werken. Ik moest vaak denken aan grote komiek als Buster Keaton en Charlie Chaplin, die maken van zichzelf ook een soort losers die dan toch een held worden.

‘Binnen dat verhaal doet het er niet toe dat ik de maker van de film ben. Je gaat simpelweg mee in het verhaal van die vreemde man en het avontuur dat hij aangaat. Ik hoop dat de film daarmee de egodocu ontstegen is. Het is voor mij soms bijna een fictiefilm geworden. De film gaat voor mij niet om 'mijn ego', maar om de universaliteit van een man die wil bewijzen dat hij bestaat. En op zoek is naar zingeving en de liefde. Herkenbaar voor velen, hoop ik.